Han de Jong
25th November 2025admin Columns investmentofficer.nl en BNR.nl, Pensioenen, Uncategorized
Dat is de titel van mijn wekelijkse column bij Investment Officer en BNR.
Hier is de tekst.
Als je publiekelijk regelmatig je nek uitsteekt, krijg je soms bijval maar soms ook kritiek. Als je daar niet tegen kunt, moet je je nek niet uitsteken. Echter, de ene kritiek is de andere niet.
Sommige onderwerpen krijgen veel meer aandacht dan andere. Ik had al eerder gemerkt dat stukken over de AOW, pensioen en inkomens van ouderen veel emotie oproepen. Op sociale media blijkt dat discussies hierover niet in iedereen het fraaiste in de mens naar boven halen. Beledigingen en verdachtmakingen zijn soms niet van de lucht.
Momenteel ben ik wat betreft sociale media alleen actief op LinkedIn. De kritiek die ik hierop vorige week kreeg, had te maken met twee verschillende maar gerelateerde zaken. Ten eerste had ik een paar keer geschreven over de inkomens van ouderen, mij baserend op cijfers van het CBS. Die laten aan duidelijkheid niets te wensen over. De koopkracht van gepensioneerden is in elk jaar vanaf 2012 tot en met 2024 achtergebleven bij de koopkrachtontwikkeling van de totale bevolking en over die periode is hun koopkracht zelfs iets gedaald, terwijl die van de totale bevolking behoorlijk is gestegen. Dat zegt natuurlijk niets over het absolute niveau van de koopkracht, doch slechts over de relatieve ontwikkeling. Maar kennelijk vonden genoeg mensen mijn simpele, feitelijke observatie onacceptabel.
Selectief shoppen in de cijfers
Er werd onder andere gezegd dat ik ‘selectief zou shoppen’ in CBS-cijfers. Daar klopt niets van, de cijfers zijn duidelijk. 50Plus senator Martin van Rooijen stelde afgelopen week naar aanleiding van mijn cijfers vragen aan minister van Financiën Heinen. Heinen meldde dat CPB-cijfers (die overigens iets afwijken van de CBS-cijfers) laten zien dat de koopkracht van gepensioneerden over de periode 2015-2026 gemiddeld per jaar met 0,4% verbetert. Met andere woorden, mijn cijfers doen geen recht aan de werkelijkheid en Van Rooijen moet niet zeuren.
In een van de bijlagen van de MEV geeft het CPB de cijfers waarop Heinen zich baseert. Die gaan terug tot en met 2011. De minister kiest 2015 t/m 2026 en laat de negatieve cijfers over 2011 t/m 2014 buiten beschouwing. Zijn cijfers over 2025 en 2026 zijn bovendien geen realisaties. Volgens het CPB stijgt de koopkracht van gepensioneerden volgend jaar met 1,5%. Daarin zit waarschijnlijk de ‘invaarbonus’ die pensioenfondsen die in 2026 overstappen naar het nieuwe stelsel zullen toekennen. Dat lijkt me echter een sigaar uit eigen doos. Over selectief shoppen in de cijfers gesproken.
Als je de gemiddelde koopkrachtontwikkeling van 2011 tot en met 2024 uitrekent op basis van de CPB-cijfers, staat er niet de +0,4% van de minister, maar -0,3%. En als je de eerste negatieve jaren buiten beschouwing laat, zoals de minister doet, maar ook 2025 en 2026, dan komt de teller toch niet verder dan 0,0%. De conclusie dat het ministerie erop uit was om senator Van Rooijen met een kluitje in het riet te sturen dringt zich op.
Landverraad
Het tweede onderwerp dat me vorige week op de nodige kritiek kwam te staan, is mijn overigens onbezoldigde en geheel belangeloze lidmaatschap van de Raad van Toezicht van de Stichting PensioenVoldoen.nl. Die wil mensen bijstaan wiens belangen mogelijk geschaad worden bij de overgang naar het nieuwe pensioenstelsel. In het verleden heb ik mij wel eens gemengd in de discussie over de hervorming van het pensioenstelsel. Laat het helder zijn, ik ben niet enthousiast over de Wtp. Daarom zet ik mij graag in voor de stichting.
Het werk van de stichting – en dus van mij – wordt zo ongeveer afgeschilderd als landverraad. Ik vind dat stuitend. In een democratie mag je bezwaar maken als iets je niet bevalt. In het uiterste geval kun je naar de rechter stappen. Erg makkelijk wordt vergeten dat de Wtp een omstreden wet is. Er is lang over gesoebat. De meningen erover verschillen, ook tussen algemeen erkende deskundigen. Bovendien is de wet op het zo ongeveer allerlaatst mogelijke moment door de Eerste Kamer gejast. Dat was op 30 mei 2023, vlak voordat de Kamer werd ontbonden. Het was duidelijk dat de Eerste Kamer in de nieuwe samenstelling de wet zou hebben verworpen.
Ik kan best tegen kritiek, maar wel graag zakelijk, op basis van argumenten en met respect. Zo, dat moest ik even kwijt. Volgende week weer over economie en financiële markten.
“Als je Verleden langer is dan je Toekomst is denken aan het Heden een Must”
“In een wijs land planten oude mannen en vrouwen bomen in wier schaduw ze zelf niet zullen zitten”
Holke J.M.Flapper
De Plaetse 139
