Bestuur ABP, zwalken tussen de klippen, zonder zeekaart

Verslag Telefonische Overlegvergadering Verantwoordingsorgaan met Bestuur ABP op donderdag 26 maart 2020

Het publieksverslag heeft als doel om bij pensioenfonds ABP aangesloten deelnemers,
gepensioneerden en werkgevers inzicht te geven in de adviezen die het Verantwoordingsorgaan als medezeggenschapsorgaan aan het ABP Bestuur geeft over voorgenomen beleidsbeslissingen en de besprekingen die het Verantwoordingsorgaan met het ABP Bestuur voert. Voor de uitgebreide standpunten van de verschillende partijen in het Verantwoordingsorgaan wordt verwezen naar de eigen website van de fracties.

Opening

De voorzitter, de heer Van Boven, opent de vergadering en heet de deelnemers welkom. Door de wereldwijde uitbraak van het coronavirus COVID-19 wordt er door het Bestuur, het Bestuursbureau, het Verantwoordingsorgaan en APG zoveel mogelijk vanuit huis gewerkt. Daarom vindt de vergadering telefonisch plaats met een beperkt aantal deelnemers, zowel vanuit het Bestuur als vanuit het Verantwoordingsorgaan. Vanuit het Verantwoordingsorgaan zijn de fracties vertegenwoordigd.

Mededelingen

Het Bestuur meldt dat het Bestuursbureau en APG alles in het werk stellen om de Corona-crisis het hoofd te bieden. ABP volgt de richtlijnen van het RIVM. Voor zowel ABP als APG geldt dat het integraal crisismanagementplan van kracht is en dat alle medewerkers vanuit huis werken. De werkzaamheden en de vergadercyclus van Bestuur, Bestuurscommissies en ook het Verantwoordingsorgaan blijven zoveel mogelijk gehandhaafd. Alle primaire processen van pensioenaanvragen en de pensioenuitkeringen lopen gewoon door. Ook is ABP bereikbaar voor deelnemers die vragen hebben.

Het Bestuur heeft naar aanleiding van de actualiteit besloten om de komende maanden versneld het financieel strategisch beleid (ALM) te beoordelen. Dit betekent dat ABP de financiële risicohouding en het strategisch beleggingskader gaat beoordelen en opnieuw gaat vaststellen. Ook zal het Bestuur kijken naar de verwachtingen ten aanzien van de realisatie van de ambitie van de regeling. In de maanden april, mei en juni gaat het Bestuur daarover in gesprek met het Verantwoordingsorgaan en sociale partners. Dit in aanvulling op de al lopende gesprekken over premie en opbouw. Het nieuwe ankerpunt van 2,0% discontovoet voor de premie blijft hierbij een gegeven. Het proces rond het financieel beleid zal naar verwachting in september zijn afgerond.

Verschillende fracties van het Verantwoordingsorgaan maken een aantal opmerkingen en stellen nadere vragen voor verduidelijking.

Op de opmerking van de FNV/ACOP fractie, dat een herbalancering van de beleggingsportefeuille in de huidige markt voorstelbaar is, meldt de heer Verjans, directeur Bestuursbureau ABP, dat er sprake is van verhoogde monitoring om te kijken of zich zaken voordoen waarop moet worden geacteerd. De versnelling van de ALM-studie zal leiden tot een beoordeling van het strategisch beleggingskader.

Het Bestuur voegt toe dat het fonds aan het beleid vasthoudt maar het niet mechanisch toepast. Als APG ziet dat het volgen van het beleid onverstandig is, vraagt men om toestemming om tijdelijk buiten een bepaalde bandbreedte te mogen handelen gezien de bijzondere omstandigheden.

 

1/5

 

Op de vraag van ANBO, of het thuiswerken van de medewerkers van ABP en APG leidt tot een groter risico op vergissingen en cyberaanvallen, licht de heer Verjans, directeur Bestuursbureau ABP, toe dat het thuiswerken is geïdentificeerd als een verhoogd veiligheidsrisico. Het beveiligingsniveau binnen ABP en APG ligt echter hoog. Desalniettemin is het een punt van aandacht en is er besloten tot extra monitoring.

De CMHF/AC/FOG-ABP/NBP brengt naar voren dat werkgevers bij sommige fondsen, bijvoorbeeld bij het Horecapensioenfonds, betalingsproblemen hebben. De vraag is of dat soort problemen bij ABP spelen en of de mogelijkheid bestaat om premiebetaling uit te stellen.

Het Bestuur meldt dat het wettelijk mogelijk is om betalingen twee maanden uit te stellen. Zes werkgevers – vrijwillig aangeslotenen – hebben gemeld daar gebruik van te willen maken. Voorshands voldoet de termijn van twee maanden. De problematiek is macro beperkt, maar omdat elke werkgever telt wordt serieus met deze problematiek omgegaan.

Besluit Bestuur inzake hoogte discontovoet 2021 en volgende jaren

De voorzitter memoreert dat het Verantwoordingsorgaan op 2 maart jl. is geïnformeerd over het besluit over de discontovoet (de verwachte toekomstige rente waarmee pensioenfondsen en verzekeraars rekenen). Dit besluit houdt in dat de komende jaren de discontovoet gefaseerd verlaagd wordt wat de kostprijs van pensioen doet stijgen en kan leiden tot premiestijging en opbouwverlaging. Voor 2020 bedraagt de discontovoet 2,8% en die daalt in 2021 naar 2,4%, in 2022 naar 2,2% en in 2023 naar 2,0%.

Het Bestuur deelt mede dat er op 12 maart een aanvullend besluit is genomen, namelijk om de herstelopslag in de oude premieafspraak van 2% te veranderen. Voor de nieuwe periode 2021- 2023 wordt 1,5% gehanteerd. Het Bestuur licht toe dat bij vaststelling van de premie voor de periode 2017-2019 een fasering is ingevoerd. Door de fasering werd de premie langzaam verhoogd om werkgevers en werknemers de ruimte te geven. Dat is gecompenseerd door de herstelopslag van 1,5% te verhogen tot 2%. De extra herstelopslag van 0,5% heeft zijn werk gedaan en is niet meer van toepassing. Er wordt nu gesproken over een premiepad voor de periode 2021-2023. Het Bestuur meldt dat het niet logisch is om die extra 0,5% te continueren, omdat deze diende om de fasering van het premiepad 2017-2019 te compenseren.

De voorzitter van het Verantwoordingsorgaan meldt dat het besluit discontovoet niet adviesplichtig is. Het Verantwoordingsorgaan kan wel ongevraagd advies geven. Het Verantwoordingsorgaan heeft besloten dat niet te doen. Alle fracties hebben vanuit de verschillende invalshoeken wel vragen gesteld en opmerkingen gemaakt die bij de bespreking van de Premie- en Indexatienota (november 2020) zullen terugkomen.

De ANBO stelt dat de wijziging van 2% naar 1,5% betekent dat de afbouw van de dekkingsgraad via de premie wordt geïntensiveerd. De ANBO is van mening dat er gedetailleerd aandacht is voor de gevolgen voor de premiebetalers en geen aandacht voor de gevolgen voor de gepensioneerden.

Het Bestuur meldt dat met een premieopslag geen indexatieachterstand kan worden goedgemaakt. Dat is de reden dat het Bestuur met sociale partners over de ambitie in gesprek gaat. ABP heeft een reële ambitie en een hierop ingerichte financiering, maar opereert binnen een nominaal toezichtskader. Dit levert een spagaat op.

De FNV/ACOP fractie verwijst naar de kosten voor pensioenproducten die werkgevers en werknemers gezamenlijk betalen en vraagt of het Bestuur in overweging heeft genomen om de 1,5% opslag in 2021 en 2022 te laten vervallen.

Het Bestuur geeft hierop aan dat de basis van de premie een realistisch rendement van 2% is en benoemt dat de 1,5% herstelopslag losstaat van de kostprijs van pensioen. In het verleden was de afspraak dat de herstelopslag kon variëren tussen 0 en 3%. In 2016 is besloten op 1,5% te hanteren tot het niveau van 110% dekkingsgraad zou zijn bereikt. Dat staat los van de kostprijsdiscussie.

 

2/5

 

De CMHF/AC/FOG-ABP/NBP brengt naar voren dat het Bestuur een meerjarig besluit heeft genomen over de discontovoet. Met in achtneming dat er op dit moment gewerkt wordt aan een nieuwe pensioenstelsel en het onbekend is hoe dat er uit gaat zien, vraagt de fractie of het mogelijk is om daar een eenjarig besluit van te maken.

Het Bestuur meldt dat de kern van het besluit de overgang naar een verwacht reëel rendement van 2,0% is en dat dit besluit gefaseerd in de discontovoet wordt verwerkt. Dat de discontovoet niet in één jaar wordt ingevoerd heeft met de fasering te maken van wat sociale partners kunnen accommoderen. Het Bestuur streeft naar een meerjarig premiebeleid. Het alleen communiceren van de eerste stap van de verlaging van de discontovoet geeft een te geïsoleerd beeld van het meerjarig premiebesluit. Het fonds is opdrachtnemer van werkgevers en werknemers en moet vroegtijdig melden wat de kostprijs is.

De CCOOP geeft aan het besluit over de discontovoet billijk te vinden. De CCOOP beveelt het Bestuur aan waar mogelijk te stimuleren dat snelheid wordt betracht met het pensioenakkoord. De vraag is om ook richting politiek het signaal af te geven dat het huidige wettelijke kader, het nFTK, kan leiden tot schade aan de belangen van de deelnemers, zowel de actieven als de gepensioneerden.

Het Bestuur deelt mede dat er op volle kracht wordt gewerkt aan de uitwerking van het pensioenakkoord met meer ruimte om de rente-afhankelijkheid van het nieuwe contract te verkleinen.

De ANBO is van mening dat er een verschil in informatiegehalte is over de belangen van actieven en die van gepensioneerden en pleit voor evenwichtige informatieverstrekking.

Het Bestuur weerspreekt dat ABP slechte informatie verstrekt. Het Bestuur geeft de feitelijke informatie die voorhanden is.

De CCOOP benadrukt dat de premieverhoging en het niet kunnen indexeren onrust zullen geven in de samenleving. De fractie vraagt het Bestuur om die boodschap door te geven aan sociale partners en richting politiek.

Het Bestuur bevestigt dat die boodschap wordt doorgegeven. Het Bestuur hoopt dat de Stuurgroep verstandige besluiten neemt, maar ook dan moet de realiteit onder ogen worden gezien. Het Bestuur wil niet de indruk wekken dat korten kan worden voorkomen.

Op de opmerking van de ANBO dat het bij gedachtevorming van belang is te beseffen wat de gevolgen voor de verschillende doelgroepen zijn, meldt het Bestuur dat de evenwichtige belangenafweging bij de Premie-en Indexatienota aan de orde komt. Die houdt het Bestuur als systematiek tegen het licht, waarbij de leden van het Verantwoordingsorgaan hun inbreng kunnen leveren.

Adviesaanvraag Herstelplan 2020

Het Verantwoordingsorgaan adviseert positief over het Herstelplan. De ANBO neemt een minderheidsstandpunt in en komt tot een negatief advies, omdat zij van mening is dat het verlagen van de premieopslag en het niet indexeren een verkeerd signaal geven en onveranderbaar zijn.

Het Herstelplan is een door het DNB verplicht gestelde invuloefening. Volgens de Pensioenwet moeten pensioenfondsen een herstelplanberekening maken wanneer de beleidsdekkingsgraad te laag is. De beleidsdekkingsgraad van ABP moet hoger zijn dan 128,2%. De beleidsdekkingsgraad van ABP was op 31 december 2019 lager. Daarom heeft ABP een herstelplan gemaakt. Verschillende fracties van het VO maken hierover een aantal opmerkingen en stellen nadere vragen voor verduidelijking.

De FOG-ABP en NBP betreurt dat het herstelplan niet leidt tot indexatie van de pensioenen.

 

Het Bestuur meldt dat het in de pensioenregeling om een voorwaardelijke indexatie gaat. Het waardevaste pensioen is niet haalbaar. Het Bestuur gaat over de ambitie in gesprek met sociale partners. Het Bestuur deelt de zorgen van het Verantwoordingsorgaan over de huidige financiële situatie en werkt hard mee aan de realisatie van het nieuwe contract en een goed verloop van de overgangsperiode.

De CMHF/AC/FOG-ABP/NBP benadrukt dat de huidige regelgeving begint te knellen. De vraag aan het Bestuur is ook richting politiek het signaal af te geven dat het huidige Financieel Toetsingskader (FTK) leidt tot schade aan het fonds en deelnemers en gepensioneerden.

De heer van Harmelen stelt, namens FOG-ABP en NBP, dat de kern van het Herstelplan is te zorgen voor een waardevast pensioen door middel van indexatie. De financiële situatie lijkt zorgelijk maar die stoelt op het toepassen van de door de Tweede kamer opgelegde en door DNB gehanteerde regelgeving, waarin niet de deelnemer centraal staat maar het FTK. Daar worden zowel de actieven als de gepensioneerden door getroffen. De huidige indexatieachterstand voor gepensioneerden bedraagt 19,1%. In het voorliggende Herstelplan wordt gerekend met een scenario waarbij de komende 10 jaar geen indexatie zal plaatsvinden.

Het Bestuur benadrukt dat het Herstelplan een rekenexercitie is en dat hieraan geen beleidsmatige conclusies kunnen worden verbonden. Daarnaast wordt vermeld dat het Bestuur geen ‘losse’ discussie wil over de rekenrente (zoals is vastgelegd in het nFTK), maar dat ABP zijn pijlen richt op het tot stand komen van een nieuw contract.

De CCOOP meldt dat de fractie het positieve advies ten aanzien van het Herstelplan steunt. In november zal verder worden gesproken over ander voorgenomen beleid. De fractie ondersteunt de woorden van het Bestuur dat er geen beleidsmatige conclusies uit het Herstelplan kunnen worden getrokken en dat de financiële situatie zorgelijk is. Daarnaast deelt de fractie de zorgen met CMHF/AC/FOG-ABP/NBP en FNV/ACOP over de communicatie van het Herstelplan.

Het Bestuur onderkent de zorgen over de communicatie. Er zal een communicatieboodschap worden opgesteld die ook vooraf met het Verantwoordingsorgaan zal worden afgestemd.

Eindbeoordeling Follow-up van bevindingen n.a.v. Jaarverslag 2019

Het Verantwoordingsorgaan heeft kennisgenomen van de door het Bestuur aangeboden rapportage. Voor

zover aan de orde zal het Verantwoordingsorgaan hierop terugkomen bij de bevindingen over 2019.

Verslag overlegvergadering Bestuur met VO d.d. 23 januari 2020

Naar aanleiding van het verslag vraagt Mevrouw Van Langeraad, CMHF/AC/FOG-ABP en NBP, aandacht voor de ‘aanvulling samenvallende diensttijd’ en de informatie hieromtrent op de website. De CMHF wordt overspoeld met vragen en de CMHF-fractie vraagt daarom nogmaals om de regelingen uit bijlage K (in het bijzonder de aanvulling samenvallende diensttijd) van een zodanige uitleg te voorzien dat op de website ook de antwoorden op vragen/onderwerpen worden besproken.

Het Bestuur meldt dat de inbreng van CMHF wordt meegenomen in de voortdurende verbetering van de informatie.

Mevrouw Van Geen, ANBO, roept het Bestuur op om de werking van solidariteit en eventuele onevenwichtigheden daarin in beeld te brengen en te communiceren naar sociale partners zodat die de expertise eventueel kunnen gebruiken om die onevenwichtigheden op te heffen.

Het Bestuur meldt dat sociale partners worden geïnformeerd over alle facetten van evenwichtige belangenafweging. Conform afspraak vindt er een evaluatie plaats waarbij het Verantwoordingsorgaan betrokken zal worden.

 

Rondvraag en sluiting

Op de vraag van mevrouw Van Straten, LvOP, of de antwoorden van het Bestuur op de vragen over de renteafdekking van ABP, onderdeel mogen uitmaken van het publieksverslag, meldt het Bestuur dat er in het Jaarverslag verantwoording zal worden afgelegd over het rente-afdekkingsbeleid.

De voorzitter bedankt de bestuursleden