Het Nederlandse pensioenstelsel gaat aan solidariteit ten onder

Het Nederlandse pensioenstelsel noemt men een kapitaaldekkingssysteem ter vorming vermogen voor degenen die met pensioen gaan. Het is gebaseerd op solidariteit tussen de generaties. Nederland kent circa 250 pensioenfondsen, waarvan een twintigtal zeer grote fondsen. Een manco in het systeem is dat er hier en daar sprake is van perverse solidariteit, zoals overmatige solidariteit van laagbetaalden met hoogbetaalden en jongeren met ouderen. Deze perversiteiten zijn decennialang in allerlei toonaarden bezongen, maar even lang is er vanuit de politiek niets aan gedaan.

Pensioenroof

Eind negentiger jaren heb ik me gebogen over disrupties die zich in de Nederlandse pensioensector voordoen. Ik publiceerde daarover artikelen en het boek ‘Risico als obsessie’ in 2010. Over dat boek is nogal wat te doen geweest, tot aan een Tweede Kamer Hoorzitting aan toe met een tiental Kamerleden in het Tweede Kamer gebouw. De probleemstelling van het boek was: hoe komt het dat de gemiddelde dekkingsgraad van Nederlandse pensioenfondsen vanaf 1990 terugliep van circa 230 naar 160 in 2000. Dit ondanks het feit dat gedurende de jaren negentig rendementen gerealiseerd werden die hun weerga niet kenden. Vanuit dat perspectief had de dekkingsgraad mogelijk richting 300 moeten gaan. Maar zoals gezegd, de dekkingsgraad daalde fors. Ik duidde er onder andere op dat dit niet kwam door een almaar dalende rente want in de jaren negentig werd nog gerekend met een vaste rekenrente van 4%. Een belangrijke oorzaak – naast een viertal andere factoren – was de inkrimping van de pensioenfondsbuffers door premiekortingen, premie holidays, rechten toekennen waar geen adequate premie voor geheven was en emissierestanten die in het pensioenfonds waren gedeponeerd. Kortom er was met pensioengeld gestrooid. We begrepen niet dat de buffers nodig waren voor slechte tijden. En die kwamen met de ICT crisis van 2001 en de kredietcrisis van 2008. De uitholling mocht niet berekend worden, maar schattingen kwamen uit op zo’n 150 miljard euro. Sommigen noemden de uitholling van de fondsen pensioenroof. Het stelsel dat gebaseerd is op solidariteit en vertrouwen, was de dupe geworden van een evident gebrek daaraan. Het is nooit meer echt goed gekomen met het Nederlandse pensioensysteem. Na 2008 waren de beleggingsrendementen prima, de vermogens steigerden, maar pensionado’s moeten op een houtje bijten. Zij worden gekort, ze krijgen geen prijsindexatie of ze hebben steeds het Zwaard van Damocles boven hun oude hoofden. Ze begrijpen het niet: de rendementen zijn toch goed? En de fondsen bulken toch van het geld? “Ja dat klopt, het systeem zit krom in elkaar, maar we laten het zo.”

Nationaal Pensioendebat

TV journalist Cees Grimbergen trekt zich het lot van deze mensen aan en geeft in een zevental afleveringen van het programma Zwarte Zwanen een overzicht van wat er allemaal mis is, vooral gezien vanuit deelnemers van de fondsen. Soms vliegt hij een tikkeltje uit de bocht, maar ik moet hem nageven dat als hij zich vastbijt, hij niet meer loslaat. Hij legt de vinger fors op de zere plek en die plek luidt de pensioendeelnemers. In het Nationaal Pensioendebat van 14 mei 2018 brengt hij een samenvatting van de malheur. In dat debat worden pensioen bobo’s geconfronteerd met deelnemers. Grimbergen lardeert het debat met cijfers en shots van interviews. Het is een hilarische en onthutsende ontmoeting. De bobo’s gaan op een genante manier onderuit. Ik noem slechts een paar conclusies: het Nederlandse pensioenstelsel is ontransparant en misleidend. Daar waar pensionado’s gekort worden gaan pensioenbobo’s over de top qua inkomens en qua stapeling van functies. Pensioenwetenschappers volgen dit gedrag gretig. Pensioenuitvoerders maken flagrante fouten in uitkeringen zonder excuses te maken. Pensioenfondsbobo’s weigeren een pensionado in het gelijk te stellen maar worden daartoe gedwongen na het verliezen van een rechtzaak. Deelnemers moeten meer premie betalen maar ontvangen minder uitkeringen. Pensionado’s worden niet serieus genomen. Ze vormen geen machtsfactor dus laat ze maar kletsen. Het stelsel is gebaseerd op solidariteit en vertrouwen, maar van degenen die dit het hardst roepen, de pensioenbobo’s van de grote fondsen, komt de minste solidariteit. Zij vullen hun zakken, terwijl pensionado’s achter het net vissen. Aldus het Nationaal Pensioendebat.

Het Pensioenmanifest

Ex bakker Peter Borgdorff, sinds jaar en dag directeur van Pensioenfonds Zorg en Welzijn (!), voorheen PGGM, werd tijdens het Nationaal Pensionaal Pensioendebat beticht van een hoog salaris en functiestapeling. Het traditionele argument “we moeten wel zoveel betalen, want anders vertrekken ze”, gaat hier niet op. Deze functionarissen kunnen niet in het buitenland terecht en het aantal pensioenbobo functies voor grote fondsen zijn schaars. Old boys network is aan de orde. Borgdorff bond deelnemers van de fondsen steeds op het hart ‘vertrouwen’ te hebben maar lijkt het zelf aan z’n laars te lappen. Overigens is Borgdorff dezelfde fijnbesnaarde persoon die mij voor en na de Hoorzitting 2010 een haatemail stuurde, zoals ook vermeld in ‘De Pensioenmythe’, Martin Pikaart, 2011. Hatemail is geen uitzondering in deze sector. Grimbergen kreeg het zwaar te verduren na de uizendingen, ‘dit heb ik nog nooit’ meegemaakt’ zegt Grimbergen. Zo zijn mensen blijkbaar…. Omroep Max kwam met Het Pensioenmanifest, 70.000 keer ondertekend per eind mei 2018:

  1. Betaal redelijke beloningen
  2. Wees open over afspraken en fouten
  3. Zorg voor eerlijk en onafhankelijk toezicht
  4. Maak heldere en overzichtelijke pensioenregelingen
  5. Stop met foute beleggingen

Opvallend is de al twee decennia durende inertie van de Nederlandse politiek om iets aan de ellende te doen. Men is als het bekende konijn kijkend in de koplampen van de aansnellende auto. Netspar produceert al jaren varianten van dezelfde rapporten. Ze weten dat er niets mee gedaan wordt, maar ze worden er prima voor betaald, dus ‘u vraagt, wij draaien’, op rekening van pensioendeelnemers. Deelnemers zijn extreem ontevreden. Ze worden van het kastje naar de muur gestuurd. Het systeem al lang failliet. Het faalt, maar wordt gehandhaafd. Dit is Kafkaësk! Dit leert mij ten eerste dat een systeem dat functionarissen op het spek bindt het zeer lastig krijgt. Ten tweede, solidariteit bestaat slechts in een bescheiden kring rondom het individu. Lieden die de mond vol hebben van solidariteit, empathie en vertrouwen dienen gewantrouwd te worden. Het zijn veelal kreten om anderen te paaien. Ze worden niet opgevolgd door eigen daden. Eigen belang prevaleert. Vindt u dat we solidair moeten zijn met anderen? Okay, maar laat u mij eerst eens zien hoe solidair u zelf bent. Ik ben me gewaar geworden dat empathie en solidariteit veelal flinterdunne en vluchtige gevoelens zijn buiten de kring van directe naasten.

Wat maakt pensionado’s gelukkig?

Wat is het uitgangspunt bij het Nederlandse pensioensysteem? Dat is het welzijn van onze ouderen. De vraag is wat willen de deelnemers? Wat maakt hen gelukkig? We hebben veel te lang gedacht: wat is verstandig voor hen. Dat beslissen wij voor hen. Maar dat maakt hen niet gelukkig. De focus dient dus verlegd te worden naar wat hen gelukkig maakt. Wat zij willen gaan we doen. We moeten de realiteit onder ogen zien en een stelsel maken dat voldoet aan: simpel en begrijpelijk voor iedereen, lage kosten qua vermogensbeheer, grip op eigen geld. Mijn oplossing luidt als volgt.

  1. Erken dat het huidige pensioensysteem niet meer voldoet. Er is onvoldoende solidariteit en vertrouwen. Het is te complex. Het is te pervers. Het is te krom;
  2. Deelnemers willen een eigen pensioenrekening. Breek het systeem op en geef ieder wat hem of haar toekomt in eigendom via een persoonlijke rekening. Leer van de ervaringen van de PPI’s en API’s en borduur daarop voort;
  3. Deelnemers mogen pas over hun pensioenvermogen beschikken bij pensionering;
  4. Beleg het vermogen collectief in inflatiegerelateerde staatsleningen tijdens arbeidzame periode en tijdens pensionering; hiermee komt ook de discussie rond verplichtstelling te vervallen;
  5. Bij overlijden voor de vervaldatum van de obligaties valt het vermogen toe aan erfgenamen.

Deze casus is te meer zo interessant omdat het model staat voor onze maatschappij. We hebben veel te lang gedacht: wat is verstandig voor hen, de burgers. Maar dat maakt hen niet gelukkig. De focus dient dus verlegd te worden. Wat voor ons pensioensysteem in het klein geldt, geldt in feite voor onze hele maatschappij.

Frits Bosch

Auteur van ‘Wereld op een keerpunt’