De deelnemers stinken er wel in. Frits Bosch

2020 07 14 Frits Bosch

Journalist Cees Grimbergen gaf in zijn tv programma ‘het Nationaal Pensioendebat’ van mei 2018 een overzicht van wat er allemaal mis is in de pensioensector, vooral gezien vanuit deelnemers van de pensioenfondsen. In dat debat worden pensioenbobo’s van de grote fondsen geconfronteerd met deelnemers. Grimbergen lardeert het debat met cijfers en shots van interviews. Het is een hilarische en onthutsende ontmoeting. De bobo’s gaan op een gênante manier onderuit. Hier volgen enkelen conclusies. Het Nederlandse pensioenstelsel is niet transparant en misleidend. Waar pensionado’s gekort worden gaan pensioenbobo’s over de top qua inkomens, qua vertrekpremies (een bedrag van € 2,5 miljoen is bij mij bekend) en qua stapeling van functies. Pensioenwetenschappers volgen dit gedrag gretig. Kassa! Pensioenuitvoerders maken flagrante fouten in uitkeringen zonder excuses te maken. Pensioenfondsbobo’s weigeren een pensionado in het gelijk te stellen maar worden daartoe gedwongen na het verliezen van een rechtszaak. Deelnemers moeten meer premie betalen maar ontvangen minder uitkeringen. Pensionado’s worden niet serieus genomen. Ze vormen geen machtsfactor dus laat ze maar kletsen. Het stelsel is gebaseerd op solidariteit en vertrouwen, maar van degenen die dit het hardst roepen, de pensioenbobo’s van de grote fondsen, komt de minste solidariteit. Zij blijken hun zakken te vullen, terwijl pensionado’s achter het net vissen. Wat een gênante vertoning! En dat sleept maar voort. Het blijkt dat een pensioensysteem dat functionarissen op het spek bindt het lastig krijgt. Lieden die de mond vol hebben van solidariteit, empathie en vertrouwen dienen gewantrouwd te worden. Het zijn veelal kreten om anderen te paaien. Ze worden zelden opgevolgd door eigen daden. Eigen belang prevaleert. ‘Vindt u dat we solidair moeten zijn met anderen?’ ‘Okay, maar laat u mij eerst eens zien hoe solidair u zelf bent’. Grimbergen is niet de meest populaire journalist in de pensioensector…. Lees verder

Rekenen met grote getallen door Ir Wouter Verwoerd.

 

Zullen we eens naar de echte dekkingsgraad van de pensioenfondsen kijken? We kijken naar de toestand op 1 januari van dit jaar. We kijken naar de financiën van alle fondsen samen. En we gebruiken de gegevens van De Nederlandsche Bank (DNB), dat is de toezichthouder op de pensioenfondsen.

De echte dekkingsgraad

Het totale pensioenvermogen dat de fondsen beheren is 1544 miljard Euro (gegevens DNB).

Het bedrag van de technische voorzieningen is 1490 miljard Euro (weer volgens DNB – de technische voorziening is het bedrag dat je nu opzij moet zetten om straks de tot nu toe toegekende pensioenaanspraken te kunnen betalen).

Dan kom je op een dekkingsgraad van 103,6% (DNB zegt dat de dekkingsgraad 102,1% is).

Maar in werkelijkheid is de dekkingsgraad 155%. Dat zit zo:

Bij een technische voorziening van 1490 miljard Euro hoort een totaal bedrag van toegekende pensioenaanspraken van 1728 miljard Euro. De rekenrente is 0,75% (volgens ABP en PME). En het vermogen dat nu in beheer is wordt over gemiddeld 20 jaar als pensioen uitgekeerd. En 1490 miljard Euro groeit in 20 jaar met een groeivoet van 0,75% aan tot 1728 miljard Euro. Of omgekeerd gerekend: een toezegging van 1728 miljard Euro over 20 jaar heeft een contante waarde van 1490 miljard Euro als een rekenrente van 0,75% toegepast wordt.

Maar in de wet staat dat de fondsen de MARKTWAARDE van de technische voorziening moeten berekenen. En in het Besluit Actuele Waarde staat hoe ze die marktwaarde moeten bepalen. Als de fondsen voor het berekenen van de premie en voor het berekenen van de technische voorziening dezelfde rekenrente gebruiken, dan voldoen ze aan de eisen in de wet.

Laten we daarom dezelfde rente toepassen die ABP gebruikt om de premie te berekenen: 2,8%. En dat is niet zo gek. Want de fondsen realiseren een rendement op de beleggingen van 6,5% (gemiddeld over 20 jaar en zo lang hebben ze de premiegelden wel in beheer). Maar de fondsen hebben ook kosten die ze betalen uit het resultaat op de beleggingen.

De administratiekosten voor het uitvoeren van de pensioenregeling zijn 0,1%.

De kosten voor het beheer van het pensioenvermogen zijn 0,2%.

En we worden allemaal gemiddeld wat ouder dan waarop gerekend was. Dus krijgen we een paar jaar pensioen waar we geen premie voor betaald hebben. En dat kost 0,4%.

Ook de indexatie (dat is de aanpassing van de uitkeringen en de aanspraken aan de prijsstijging) wordt uit het resultaat op de beleggingen betaald. In normale tijden is dat 2%.

Dat betekent dat de jaarlijkse gemiddelde aangroei van het pensioenvermogen 3,8% is. Dan is een rekenrente van 2,8% om de marktwaarde van de technische voorziening te berekening een voorzichtige inschatting.

De marktwaarde van de technische voorziening die hoort bij een totaal aan toegekende pensioenaanspraken van 1728 miljard Euro is 993 miljard Euro. Want 993 miljard Euro groeit in 20 jaar met een groeivoet van 2,8% aan tot 1728 miljard Euro.

Als de fondsen zich aan de eisen uit de wet houden is de echte dekkingsgraad 155% en geen 102,1% zoals DNB beweert (1544 miljard Euro gedeeld door 993 miljard Euro is 155%).

Compensatie van de indexatie-achterstand

Volgens het ABP is de achterstand die is ontstaan doordat er vanaf 2009 niet meer geïndexeerd is opgelopen tot 19,11% (ABP jaarverslag 2019). Maar er zijn ook fondsen waarbij uitkeringen en aanspraken niet ”alleen maar” bevroren zijn maar waarbij uitkeringen en aanspraken zelfs verlaagd zijn.

Wat zou er gebeuren als die indexatie-achterstand in één keer goedgemaakt zou worden? Reken even mee:

De toekende pensioenaanspraken zijn nu 1728 miljard Euro. Maar die zijn dus 20% te laag omdat ze sinds 2009 bevroren zijn. Met de normale indexatie zouden de toegekende aanspraken 2074 miljard Euro geweest zijn.

De marktwaarde van een technische voorziening die hoort bij een totaal aan toegekende pensioenaanspraken van 2074 miljard Euro is 1192 miljard Euro. Want 1192 miljard Euro groeit in 20 jaar met een groeivoet van 2,8% aan tot 2074 miljard Euro. Of omgekeerd gerekend: een toezegging van 2074 miljard Euro over 20 jaar heeft een contante waarde van 1192 miljard Euro als een rekenrente van 2,8% toegepast wordt.

De pensioenuitkeringen waren in 2019 32 miljard Euro (afgeleid uit gegevens van DNB). Maar dat had ruim 38 miljard Euro moeten zijn omdat de uitkeringen in 2019 ook 20% te laag waren. Sinds 2009 is er 38 miljard Euro te weinig uitgekeerd omdat er niet geïndexeerd is.

Als de uitkeringen wel met de prijsstijgingen meegestegen zouden zijn dan zou het pensioenvermogen dus 38 miljard Euro lager geweest zijn. Dan was het pensioenvermogen niet 1544 miljard Euro maar 1506 miljard Euro geweest.

Als we de indexatie-achterstand van de uitkeringen en de aanspraken in één keer goed

maken dan wordt de dekkingsgraad 126% (1506 miljard Euro gedeeld door 1192 miljard Euro is 126%).

En dus…

Wie wil er beweren dat het pensioenstelsel onhoudbaar is?

Wie vindt het nodig om het bestaande uitkeringsstelsel in te ruilen voor een koopsompolis?

Ir Wouter Verwoerd

Malden

 

Pensioendiscussie: broeden op windeieren – Ton Verlind

Henk Daalder is lid van het Ledenparlement van de FNV. Hij heeft de stukken die horen bij het pensioenakkoord goed bestudeerd, schrijft hij in De Telegraaf van donderdag 9 februari 2020. Daarin valt te lezen volgens de FNV-er dat de regels van het nieuwe stelsel ook gaan gelden voor het oude stelsel en dat maakt het mogelijk, zo zegt hij, dat de tweede kamer kan besluiten om de huidige aanvullende pensioenen te indexeren, dus de koopkracht-achterstand in te lopen. Dat is mooi nieuws.

Het leidt wel tot deze vraag: kunnen de organisaties van gepensioneerden deze vrolijke kijk van de FNV-er bevestigen? Hoe gaan ze deze mogelijkheid benutten? En waarom profileren ze zich niet steviger op de kansen die er liggen? Twee mogelijkheden: Daalder is te positief en strooit als FNV-er de gepensioneerden zand in de ogen of de vertegenwoordigers van de gepensioneerden laten in het overleg grote kansen liggen.

Felicitaties, maar waarvoor?

De Koepel Gepensioneerden (KG) feliciteerde vorige week bij monde van voorzitter Jaap van der Spek de onderhandelaars van het pensioenakkoord met hun behaalde resultaat maar verzuimde de leden te melden wat het succes dan precies inhield. Er kwam uit eigen kring kritiek op die onbegrepen gelukwens waarna de voorzitter haastig het gevoel van euforie relativeerde. Door de onderhandelaars niet te blameren hoopt hij de komende tijd er voor de gepensioneerden nog wat uit te slepen na de magere resultaten tot nu, zo legde hij uit. Daarop kwam zijn excuus althans neer. Maar waartoe heeft deze meegaande houding geleid? Het lijkt op hopen tegen beter weten in, want voorlopig had de minister geen enkele boodschap aan de organisaties die het belang van 3,5 miljoen gepensioneerden behartigen . Zoete broodjes bakken leidt in de politieke slangenkuil zelden tot succes. De vertegenwoordigers van de gepensioneerden die aan de zijlijn mogen meepraten in de klankbordgroep zijn te lijmen met een natte vinger, moeten ze in Den Haag denken. Ze hebben geen trekkers, geen rieken, ze kunnen niets platleggen.

Formuleer je geen eisen, dan krijg je altijd gelijk

Van de Koepel Gepensioneerden zou je in het overleg toch minstens deze eisen verwachten: repareren van de koopkracht-achterstand die door het uitblijven van indexatie voor sommige gepensioneerden met een aanvullend pensioen al is opgelopen tot 20 procent + de garantie dat de huidige gepensioneerden geen nadeel ondervinden van de stelselwijziging. Alleen door dit te benoemen kunnen de gepensioneerden controleren of hun onderhandelaars hun werk naar behoren doen. Tot nu toe was dat niet mogelijk. KG -naar eigen zeggen de grootste senioren organisatie- verzaakt in zijn informatieplicht onder het argument dat een broedende kip niet gestoord moet worden. Maar wat als straks blijkt dat de kip, gezien vanuit het belang van de gepensioneerden, al die tijd op een windei zat te broeden?

TON VERLIND 10 juli 2020

Grootste succes van het pensioenakkoord: onderhandelaars hebben hun hachje gered.

Dit is hoe ik tegen het pensioenakkoord aankijk.

Door Ton Verlind

Er is ja gezegd op een akkoord waarvan niet bekend is hoe het gaat uitwerken op de huidige pensioenen. Waarvan niet bekend is welk toekomstig pensioen het oplevert. Waarvan niet bekend is hoe het oude stelsel met het nieuwe wordt verweven, waarvan de transitie miljarden kost, waarbij nu nog niet bekend is wie die rekening gaat betalen: allemaal vragen. Ook is onduidelijk of de rechter dit gaat goedvinden omdat er geld van de ene groep wordt overgeheveld naar een andere groep. Dat zou mogelijk gezien kunnen worden als ongeoorloofde overdracht van eigendom. Lees verder

4 juli 2020, ca 13.15 uur. FNV’ers slopen uw pensioen

Gaat in top wanneer de democratie in Nederland is herstelt

Door het instemmen met Pensioenakkoord II geeft FNV vrije doorgaan aan het uitwerken van Pensioenakkoord II. Minister Koolmees, de architect van het akkoord, gaat over twee weken de Kamer inlichten.

Een ooggetuige:

Bunnik, 4 juli 202- 13.15 uur. Er is een bom in Bunnik gevallen, op klaarlichte dag. Iedereen zag het vliegtuig aankomen, maar vluchten kon niet meer. Alleen Pensioenakkoord II kon via de zijdeur in alle haast in veiligheid worden gebracht. De brandweer zoekt nog naar slachtoffers.

In de cockpit van de bommenwerper zat piloot Koolmees. Een ervaren jachtvlieger, die al heel wat hits op zijn naam heeft. Hij is doorgevlogen naar het volgende doel. De Tweede Kamer, speciaal teruggekomen van het zomerreces, waar hij verslag  uitbrengt van zijn geslaagde vlucht. Er zijn veel vragen over het bombardement, er is veel waardering,  ook wel kritiek. Minister Koolmees belooft alles netjes af te handelen. Na afloop feliciteren zijn fractiegenoten van D66 hem met de geslaagde missie.  Iedereen vertrekt weer naar zijn vakantieadres.

Breng ons ‘beste’ pensioenstelsel niet om zeep voor onzeker casinopensioen

‘Weinigen stemmen over pensioen van velen, schande’

Het pensioenstelsel wordt omgebouwd, maar waarom? Het is solide en de ­reserves zijn gigantisch, betogen Bernard van Praag en Huub Esten.

Bernard van Praag en Huub Esten3 juni 2020

Al sinds 2006 wordt geroepen dat het Nederlandse pensioenstelsel ‘onhoudbaar’ is en de belofte van een zeker pensioen op de oude dag niet is waar te maken. Daarbij heerst een zekere kippendrift ­bij politici, ambtenaren, fonds­bestuurders, werkgevers en vakbondsfunctionarissen om aan te tonen dat het stelsel onhoudbaar is. En daarom moeten wij als de wiedeweerga overschakelen op een stelsel dat zowel voor de gepensioneerden als voor de werkers die nog pensioen opbouwen, veel onzekerder zal uitpakken. Lees verder

Jeroen van de Starre over de pensioen uitverkoop aan onze graairegering

Aart Marchal

31 mei om 09:02 ·

Jeroen van de Starre over de pensioen uitverkoop aan onze graairegering die dit al 20 jaar wil. De vakbonden zijn om. Geen gezamenlijke akties van hen met boze zorgmedewerkers, boeren, onderwijzers, politie, bouwvakkers, havenarbeiders, advocatuur om ons land eens een weekje plat te leggen om deze regering met zijn graaipraktijken op de knietjes te dwingen. Nee, liever ons beste en rijkste pensioensysteem ter wereld op offeren aan de aandeelhouders van omvallende verzekeraars, werkgevers zekerheid geven dat ze niet meer bij hoeven te springen voor hun personeel als hun pensioen in gevaar komt, en grote toekomst onzekerheid voor ons en onze jeugd . Ik ben er ook wel klaar mee.(mooi stukkie tekst om even door te lezen op een luie zondag )

Jeroen van der Starre29 mei 2020

(Graag delen:op sociale media.)

De grote verandering in het nieuwe pensioenplan is dat alle garanties worden opgegeven. Als deelnemer aan een pensioenfonds heb je straks geen recht meer op een bepaald percentage van je gemiddeld verdiende loon, laat staan op indexatie. Wat je uiteindelijk aan pensioen krijgt is een verrassing en de risico’s komen volledig bij werknemers te liggen. Daarmee wordt dus de overstap gemaakt naar wat de FNV vroeger een ‘casinopensioen’ noemde, maar wat nu niet meer zo mag heten. Lees verder